Onze Renault 461 is wel een hele unieke trekker. Helemaal in originele staat! Door mijn vader in de jaren 70 en 80 in grote aantallen verkocht. Hij is nu waarschijnlijk nog steeds goed bruikbaar in de nieuwe agrarische sector. Met zijn 46 pk 3 cilinder luchtgekoelde MWM motor, onafhankelijke aftakas, kruip versnellingen en hydraulische besturing! Hij staat op de juiste banden en heeft een ruime bodem vrijheid! Staat bekend om zijn hoog hefvermogen, goede diepte regeling en onverslijtbare MWM motor! Destijds erg modern en zijn tijd ver voor! Het rijden op deze trekker is een beleving! Mooi om deze in onze collectie te mogen hebben.
Motor:
Versnellingsbak:
Remmen: Schijven op de helft van de differentieelassen bedient met twee pedalen.
Afmetingen/gewichten:
Vanaf 1973 voert Renault Motoculture een forse vernieuwing door in het leveringsprogramma tractoren. De zogenaamde 1-serie neemt het niet alleen van de 50-, 80- en 90-reeks over, maar groeit ook fors door naar de hogere segmenten. De 461 vormt met de 301, 361 en 421 de basis van de reeks.
De Renault 461 vormde in de jaren zeventig een mooie brug tussen de minst vermogen basismodellen en de wat grotere middenklassers.
Op 1 december 1972 start Renault de productie van de basismodellen uit de nieuwe 1-serie. De primeur was er voor de Renault 651 die op 1 november voor het eerst in Le Mans van de band rolde, twee weken later gevolgd door de 551.
Waar de 551 driecilinder en 651 viercilinder worden gepresenteerd als de middenklassers uit het nieuwe programma, staan de tweecilinder 301 en de driecilinder 361 en 421 aan de basis. Ze zijn bedoeld voor kleine landbouwbedrijven en voor lichte taken. De compacte bouw zorgt ervoor dat ze uitstekend geschikt zijn om te worden gebruikt onder vaak krappe omstandigheden in oude, bestaande schuren en stallen.
Deze Renault 461 (R7441), waarvan de productie eveneens op 1 december start, vormt de overgang tussen de compacte en middenklasse modellen. Dat valt ook af te leiden aan het projectnummer ET33 waartoe ook de 551, 651 en 651-4 behoren. De tractor is uitgerust met dezelfde 2,8 liter driecilinder diesel als de 421, maar haalt daaruit overeenkomstig met zijn typebenaming een vermogen van 46 pk. Een stapje van maar 4 pk ten opzichte van de 421 lijkt uitermate bescheiden, maar de 461 is in meerdere opzichten een grotere tractor.
Dat blijkt onder meer uit het feit dat dit type standaard is uitgerust met stuurbekrachtiging, onafhankelijke aftakas en kruipversnellingen. Dat zorgt met name onder zware omstandigheden voor meer gebruiksgemak. Daarnaast heeft de 461 een brandstoftank van 65 liter en dat is 17 liter meer dan bij de 421. Minder vaak hoeven tanken zorgt weer voor meer efficiëntie bij het bewerken van grotere oppervlaktes land. De 461 is in lengte maar liefst 17 centimeter langer dan de 421 en blijft op zijn beurt 7 centimeter onder de 551.
Aan de motor is een versnellingsbak gekoppeld die hetzelfde principe kent als die van bijvoorbeeld de D-serie uit 1956. De basis is een zesbak met één achteruitversnelling. Vanaf de 361 wordt standaard een vertragingsoptie gemonteerd waardoor de eerste vier versnellingen zogenaamde kruipversnellingen worden met zeer lage snelheden voor specifieke bewerkingen. De snelheden variëren daar tussen de 0,9 en nog geen 3 km/h. In dezelfde versnellingen zonder vertraging rijdt de Renault 461 tussen de 3,6 en 11,2 km/h. De vijfde en zesde versnellingen zijn wegversnellingen die volledig zijn gesynchroniseerd.
Een belangrijk verschil met de drie lichtere varianten is een andere achterbrug en afwijkend koppelingshuis, waardoor ook enkele modificaties werden doorgevoerd aan het carter van de versnellingsbak. Een bijzondere optie verschijnt in 1979 op de Renault 461. De klant kan dan namelijk een gesynchroniseerde omkeerinrichting op de versnellingsbak bestellen. Daarmee kan de rijrichting worden omgedraaid en beschikt de tractor over tien versnellingen vooruit en achteruit. En ook daarmee worden de mogelijkheden van dit type verder uitgebreid.
Waar de drie basismodellen begin 1977 een aantal wijzigingen ondergaan (de 301 wordt de 351M, de 361 wordt de 421M en de 421 wordt de 461M) blijft de 461 in productie tot in november 1980. Her en der worden wel enkele veranderingen doorgevoerd, maar in grote lijnen blijft het model identiek. Zichtbaar is de gewijzigde vorm van de frontgewichten. Ook levert Renault in de loop der jaren een veiligheidsbeugel met dak alsmede een volledig gesloten cabine. In totaal worden er in bijna acht jaar tijd 12.056 exemplaren van de 461 van het type R7441 gebouwd. De 461 gaat in november 1980 naadloos over in de 461S en blijft nog tot februari 1987 in productie. Daardoor mogen nog eens 2.873 exemplaren op het conto van de R7441 worden opgeteld. Een afgeleide versie is de Renault 462 (R7442), een industrievariant van de 461 die van 1973 tot en met 1986 2.336 keer wordt gebouwd. Bovendien breidt Renault ook de smalspoorserie uit met een op de 461 gebaseerde 466 (R7446) die tussen juni 1983 en april 1986 slechts 59 keer vanuit Le Mans op transport wordt gezet.